Veelgestelde vragen

Hoe lang duurt een coachtraject? Wat betekent systemisch werken en wat is eigenlijk een systeem? Hoe gaat een opstelling in z’n werk? Zo maar een paar vragen die regelmatig gesteld worden. Lees meer hierover op deze pagina. Staat je vraag er niet bij? Neem gerust contact op en laat het weten.     

Algemeen

Systemische coaching vormt de basis en bedding in mijn coaching en begeleiding. Aangevuld met de karakterstructuren van Reich & Lowen, zoals uitgewerkt door Wibe Veenbaas et al. en werkvormen uit stromingen als NLP, transactionele analyse, psychosynthese, lichaamswerk, voice dialogue en IoPT. 

Allemaal termen die je misschien niet zoveel zeggen en dat is maar goed ook. Het is gewoon het mooiste als je deze werkwijzen ervaart in plaats van analyseert. Wat het je misschien wel zegt, is dat Humanivity vanuit een breed palet coaching en begeleiding biedt. Een manier van werken die bij jou(w leervraag) past en je verder kan helpen in je ontwikkelproces.    

Dat varieert, dit is onder meer afhankelijk van jouw coachvraag, wensen, het beschikbare budget en of je al vaker coaching of begeleiding hebt gehad. Een ‘gemiddeld’ traject behelst ca. 4-8 gesprekken met een looptijd van ca. 3-6 maanden. Wanneer er sprake is van ziekte/burn-out dan kan een traject tussen de 10-20 gesprekken omvatten, met een looptijd van ca 6-12 maanden. De gesprekken duren gemiddeld 1,5 uur.    

Dat varieert, dit is onder meer afhankelijk van jullie coachvraag, wensen en het beschikbare budget. Het traject wordt op maat gemaakt, zowel qua inhoud als frequentie en looptijd.      

De komst van corona heeft een enorme creativiteit opgeleverd in de wijze waarop coachgesprekken, teamsessies en workshops plaatsvinden. Ik bied naast de ‘live’ gesprekken in huis Vossesteijn ook wandelcoaching in en rond Driebergen en online coaching. Gebleken is dat alle vormen impact hebben. In de buitenlucht en online kunnen (tafel)opstellingen worden gedaan. Ook teamcoaching kan uitstekend, in aangepaste vorm, online. Workshops vinden, indien de overheidsmaatregelen het toelaten, live plaats. In grote en goed geventileerde ruimten, en waar nodig met behulp van beschermingsmiddelen zoals spatkappen.

Systemisch werken

Als mens maken we deel uit van vele groepen, sociale systemen: familie, vrienden, werk, school, sport, religie, enz. Maar ook een streek, provincie, land, de samenleving als geheel vormen een systeem. Gemiddeld genomen maak je gedurende je leven deel uit van circa 50-60 systemen, waarvan de ene meer impact heeft op jou en je welbevinden dan de andere.

Systemisch werken is een manier van werken met vraagstukken door deze in het grotere geheel te plaatsen. Je zoomt als het ware uit en beschouwt jouw vraag in de context waarin jij functioneert: je familiesysteem met voorgaande generaties, je afdeling met daarom heen andere afdelingen, klanten, producten, de oorsprong, etc.  

Zo lichten er patronen en dynamieken op die ooit zijn ontstaan om het systeem te doen overleven. Die patronen bieden veiligheid en continuïteit, maar kunnen ook problemen, verstrikkingen en stagnaties opleveren.

Systemisch werk helpt de coachee/groep om te onderzoeken waar het ingebrachte probleem ten diepste een oplossing voor is. Het geeft inzicht welke systemische principes bekneld zijn geraakt en gezien c.q. erkend willen worden. Zodat er mogelijk meer rust in het systeem kan ontstaan. Vaak verandert hierdoor het beeld van het vraagstuk, al dan niet aan de hand van een interventie.

Een van de grondleggers van het systemisch werk, Bert Hellinger (1925-2019) ontdekte aan de hand van de vele opstellingen die hij begeleidde dat er in een gezond systeem een aantal principes geldt: 

1. plek: iedereen die deel uitmaakt van het systeem heeft het recht om erbij te horen;
2. ordening: in een systeem heerst een bepaalde rangorde/hiërarchie, met iedereen op de juiste plek;
3. uitwisseling: een goede uitwisseling van geven en nemen.

Als een of meerdere principes niet ‘kloppen’ ontstaan er onrust of buitensporigheden in het systeem: ziekte, grensoverschrijding, uitsluiting, fraude, relatieproblemen, enz.

Overigens verschilt de betekenis van sommige van deze principes in een familiesysteem van die in een organisatiesysteem. Zo maak je bijvoorbeeld per definitie deel uit van je familiesysteem, zelfs als je uitgesloten wordt of overlijdt. In een organisatie is je plek van tijdelijke aard, immers, je kunt ontslag nemen of het systeem bepaalt dat jij of jouw functie zijn bestemming heeft bereikt. 

Een opstelling is een werkvorm waarbij je elementen van je vraagstuk als een ’tableau vivant’ in de ruimte een plek geeft. Een manier om snel inzicht te krijgen in de diepere oorzaken van je vraagstuk. 

De vraaginbrenger overlegt met de opsteller wie of wat opgesteld worden, bv. familieleden, collega’s, een land, een product, een samenleving, de organisatie, een gebeurtenis, enz. 

De opstelling start naar het innerlijk beeld van de vraaginbrenger. In de loop van de opstelling worden de patronen en dynamieken van het echte systeem duidelijker zichtbaar. De opsteller onderzoekt samen met de vraaginbrenger de mogelijkheden en of er een oplossingsrichting is. Al dan niet aan de hand van een interventie. 

De beelden van een opstelling werken vaak nog een tijd door bij de vraaginbrenger, waardoor hij/zij er betekenis aan kan geven en kan beslissen wat er mee te doen. Het is niet aan de opsteller om daar advies in te geven of de richting van de vraaginbrenger te bepalen. 

Er zijn vele soorten opstellingen denkbaar. De bekendste zijn de familieopstelling en de organisatieopstelling.

Daarnaast heb je onder meer de:
1. gezinsopstelling
2. teamopstelling
3. traumaopstelling
4. product-markt-opstelling
5. scenario-opstelling
6. structuuropstelling
7. keuzeopstelling
8. potentieel-opstelling

En vele meer. Iedere opsteller heeft zo zijn eigen vormen en soorten opstellingen. Iemand zei ooit: systemisch werk is van iedereen. Zoveel opstellingen als opstellers, dus.

Wil je meer weten over de verschillende opstellingen, neem dan contact op.

Opstellingen kunnen in verschillende vormen worden gedaan:

1. één-op-één zonder representanten: alleen met de opsteller, met behulp van vloerankers (matjes), een tafelopstelling of een tekening
2. één-op-één met representanten: je bent de enige vraaginbrenger en doet jouw opstelling met de hulp van representanten
3. in een groep met representanten: je bent met meerdere vraaginbrengers in een groep aanwezig om opstellingen te doen – alle groepsleden kunnen gevraagd worden te representeren

Je kunt ook opstellingen doen met paarden. Mocht je daar interesse hebben, neem dan contact op. 

Ja, die zijn er. Soms is het voor de opsteller voelbaar dat een opstelling niet nodig is of dat de vraag zich ethisch gezien niet leent voor een opstelling, b.v. als je iets over iemand anders wilt weten en die persoon er niet bij betrokken is of er geen toestemming voor heeft gegeven.  

Vanuit het perspectief van de vraaginbrenger kan het zo zijn dat iemand een opstelling (nog) niet wenselijk vindt. Of bijvoorbeeld omdat het voor de vraaginbrenger (nog) niet zo’n goed idee is wegens het gebruik van zware medicatie. In overleg kijken we wat er mogelijk is.

Kort gezegd: iedereen. Representeren is afstemmen op de resonantie in het veld waarin je geplaatst wordt. Voelen: wat gebeurt er in je lijf, komen er spontaan woorden of kennis van gebeurtenissen in je op? Het innemen van de plek in de opstelling, hetzij voor een persoon, een concept, een dier, een gemeenschap, een land, enz, maakt dat je hier informatie over ‘ontvangt’. Hoe dat precies werkt, is nog weinig over bekend. 

Belangrijk is dat je als representant je openstelt, je eigen denkbeelden en ideeën loslaat en laat binnenkomen wat er komt. Precies zoals het is, niet meer of minder. Je hoeft datgene wat je ervaart je niet volledig te laten overnemen: voel het, benoem het en begrens het waar nodig. Voel je boosheid, dan kun je dat benoemen en hoef je het niet helemaal uit te leven. 

Wanneer je na afloop van de opstelling door de vraaginbrenger ‘ontslagen’ wordt uit je rol, kun je deze weer loslaten, eruit stappen. Blijft de ervaring toch langer bij je, dan kun je je afvragen hoe jij het kent en wat je daarin hebt meegemaakt. Misschien zit hier nog ‘werk’ voor je? 

Zo is zowel een vraag inbrengen als representeren leerzaam. Een opstelling levert iedere deelnemer vaak wel iets op. 

Het is niet nodig om je uitgebreid voor te bereiden op een opstelling, anders dan je er voor open te stellen. Vaak wordt toch wel zichtbaar wat er (nodig) is. 

Wel kan het helpen om je vooraf wat meer te verdiepen in het systeem waarin het vraagstuk speelt. Heb je een persoonlijke vraag, kijk dan of je nog wat meer feitelijke informatie over je familiesysteem wilt hebben. Heb je een werkvraag, dan kun je wellicht meer informatie over de geschiedenis van je team, organisatie, het product, de oprichter verzamelen. 

Geen nood als je niet aan de informatie kunt komen, we kunnen ook aan het werk zonder de precieze gegevens.

Dat kan en het hoeft niet. Als je het prettig vindt om iemand mee te nemen als steun in de rug, dan is dat zeker goed om te doen. 

Als je met (een deel van) je gezin een gezinsopstelling wilt ondergaan, dan is het goed dat zij erbij zijn. Wel is het van belang dat iedereen daar toestemming voor geeft. 

Bij een organisatieopstelling kan het heel goed werken om een of meerdere collega’s mee te nemen. Dit betekent niet per definitie dat zij representanten kunnen zijn, maar wel dat ze getuige zijn. 

Wanneer gezinsleden of collega’s mee komen naar de opstelling, worden vaak ook ervaren, ‘externe’ representanten ingezet. Zij zijn vrij van denkbeelden over het vraagstuk en de context ervan, wat een zuivere waarneming kan opleveren.